Beste mevrouw De Block, ik was zo’n langdurig zieke

2Maggie De Block. ©BELGA

Beste mevrouw de Minister, beste dokter De Block,

Hoe gaat het met u? Toch niet ziek, hoop ik, of langdurig ziek. Mocht dat zo zijn, dokter, dan gaat het niet goed met u. Niet alleen omdat u te kampen heeft met uw gezondheid, ook uw financiële situatie is penibel. Met uw voorstel om de uitkering van langdurig zieken die werk weigeren met 10 procent te verminderen, raakt u heel wat patiënten. Ik ben een van hen. Drie jaar geleden kreeg ik een kraambedpsychose. Het was een lange zoektocht naar de juiste hulp. Een psychische ziekte los je niet meteen op met een pilletje, er is therapie voor nodig. Ook de zoektocht naar dat juiste pilletje is niet makkelijk. Een proces van trial-and-error, van hervallen, van bijwerkingen. Dat vraagt tijd. “Tijd is je bondgenoot”, zei een verpleegkundige tijdens mijn opname. Blijkbaar niet.

Een psychische ziekte los je niet meteen op met een pilletje, het is een proces van trial-and-error, van hervallen, van bijwerkingen. Dat vraagt tijd

Mijn ziekte is gepaard gegaan met hoge kosten. Het ziekenhuisverblijf is duur. Ziekenfondsen beperken de terugbetaling van een opname in een psychiatrisch ziekenhuis. Veel lotgenoten zitten nog met een afbetaling voor hun opname, soms zelfs tot 2019. Deden ze een poging tot zelfdoding of hebben ze te kampen met een alcohol- of middelenverslaving, dan komen ziekteverzekeringen helemaal niet tussen. Overschakelen naar een andere, betere hospitalisatieverzekering is vaak geen optie. De voorwaarden voor mensen met een psychische kwetsbaarheid zijn vaak minder dan voor hen met een somatische (lichamelijke) aandoening.

Ik ben gedwongen opgenomen. Daar heb ik niet voor gekozen, noch was ik tevreden over de behandeling. Toch werden die kosten aangerekend. Maar gelukkig, dokter, kon ik het betalen – ik werkte als lector op een hogeschool, mijn man heeft een managersfunctie bij een bank. Toen ik thuiskwam, ging ik verder op zoek naar hulp. Zes maanden en een paar omwegen later kon ik bij een erkende psycholoog terecht.

We dienden een aanvraag in bij Familiehulp om ons bij te staan in de zorg van de drie kinderen. Op basis van ons loon zou een familiehelpster 20 euro per uur kosten, 400 euro per week. Zelfs wij konden dat met ons goed loon niet betalen. En dus ploeterden we voort.

Lotgenoten krijgen in hun zoektocht vaak het deksel op de neus. Het werkveld zit niet te wachten op psychiatrische patiënten

Maar ik heb geluk, dokter. Ik krabbelde overeind, ondanks de hoge rekeningen, ondanks de psychiatrische hulp die tekortschoot, ondanks de wachttijden. Een jaar, drie psychoses en een depressie later ging ik op zoek naar werk. Het gat in mijn cv verdoezelde ik. Ik loog op de sollicitatiegesprekken. Het werkveld zit niet te wachten op psychiatrische patiënten. Werkgevers zijn niet bereid inspanningen te doen om aangepast werk aan te bieden. Lotgenoten krijgen in hun zoektocht vaak het deksel op de neus, of door de hoge werkdruk hervallen ze.

En toch willen velen werken. Omdat zij precies die werkvoldoening zoeken. Omdat ze beter worden door zelf te helpen, niet door geholpen te worden. De meesten doen dat vrijwillig in de geestelijke gezondheidszorg zelf, als ervaringswerker, een job die in Nederland al meer dan tien jaar betaald wordt. Ik had geluk. Ik ben sinds 2013 terug aan het werk als leerkracht, halftijds weliswaar, wat ook zijn financiële gevolgen heeft.

Als zoveel mensen met een psychische aandoening in de armoede terecht komen, gestigmatiseerd en gediscrimineerd worden, misschien moet u daar dan iets aan doen

Maar wie ‘echt’ ziek is, zal geen vermindering van uitkering krijgen, toch? Er ligt veel verantwoordelijkheid bij de adviserende geneesheer. Is het niet aan de huisarts of psychiater, die een veel beter beeld heeft van de patiënt, om een uitspraak te doen? Want, dokter, iemand met een depressie ligt niet 24 op 24 met vet haar in bed. Mensen met een depressie zijn vechters. Soms hebben ze betere dagen, geen goede. Wie hen dan ziet, gaat in de aanval: “Ah, ze kunnen wel naar de sauna, maar werken, dat niet.” De maatschappij is veroordelend voor mensen met een psychische kwetsbaarheid. Dus wat als je de pech hebt om op een ‘betere’ dag naar de adviserende geneesheer te gaan? Meer nog dan bij somatische ziekten is er een totaalplaatje nodig.

En dus vraag ik u, beste Minister, beste dokter: hoe gaat het met u? Als we op vlak van zelfdoding nog altijd een van de koplopers zijn in Europa. Als zoveel mensen met een psychische aandoening in armoede terechtkomen. Als ze gestigmatiseerd worden en zelfs financieel gediscrimineerd worden. Misschien moet u iets doen om ons te helpen. U zult zich beter voelen. Ik geef u daar gerust wat tijd voor. Tijd is uw bondgenoot.

Met vriendelijke groet,

Brenda Froyen

Verschenen in De Morgen op 3 december 2015.

http://www.demorgen.be/opinie/beste-mevrouw-de-block-ik-was-zo-n-langdurig-zieke-b0d27fbb/

Geef een reactie